Hoeveel energie een gezin precies verbruikt, zal afhangen van veel verschillende factoren:
In 2022 verbruikte een gemiddeld Vlaams gezin 2.658 kWh elektriciteit. Maar dit gemiddelde geeft een vertekend beeld, omdat het cijfer fors naar omlaag wordt gehaald door gezinnen met zonnepanelen. Die gezinnen nemen immers veel minder elektriciteit af van het net, omdat ze ook gebruik maken van de stroom die hun zonnepanelen opwekken.
Onderstaande Europese categorieën beschrijven verschillende verbruikstypes: van een alleenstaande in een appartement zonder elektrische verwarming tot een gezin in een grote, elektrisch verwarmde woning. Deze verbruiksgegevens zijn gebaseerd op de Europese statistieken (Eurostat).
Verbruiker | Jaarverbruik dagmeter in kWh | Jaarverbruik nachtmeter in kWh | Jaarverbruik uitsluitend nachtmeter in kWh |
---|---|---|---|
Kleine verbruiker met 1 meter | 600 | / | / |
Relatief kleine verbruiker met 1 meter | 1.200 | / | / |
Doorsnee verbruik van een gezin met 2 meters | 1.600 | 1.900 | / |
Doorsnee verbruik van een gezin met één meter | 3.500 | / | / |
Relatief grote verbruiker met 2 meters | 3.600 | 3.900 | / |
Grote verbruiker met 2 meters + accumulatieverwarming en/of elektrische boiler | 3.600 | 3.900 | 12.500 |
Grote verbruiker, met 1 meter + accumulatieverwarming en/of elektrische boiler | 7.500 | / | 12.500 |
Deze Europese categorieën zijn geen weerspiegeling van representatieve afnemers in Vlaanderen. Het werkelijke verbruik kan hoger of lager liggen, afhankelijk van: comforteisen, gewoontes, het aantal elektrische apparaten, de mate waarin de woning is geïsoleerd, zonnepanelen, warmtepomp , …
In 2022 verbruikte een gemiddeld Vlaams gezin op jaarbasis 11.448 kWh aardgas. Maar in dit gemiddelde zitten zowel de huishoudens die met aardgas verwarmen als de huishoudens die niét met aardgas verwarmen, en dus een verbruik hebben dat al snel tien keer lager ligt.
Onderstaande Europese categorieën beschrijven verschillende situaties bij huishoudelijke aardgasverbruikers. Het aardgasverbruik van een doorsnee gezin bedraagt gemiddeld 2.326 kWh (koken + warm water). Als aardgas naast koken en water ook voor de verwarming wordt gebruikt, stijgt het verbruik naar een gemiddelde van 17.000 kWh.
Gebruik | Verbruiker | Jaarverbruik aardgasmeter (in kWh) |
---|---|---|
Koken en warm water | Kleine verbruiker | 2.326 |
Relatief kleine verbruiker | 4.652 | |
Verwarming en ander gebruik | Doorsnee verbruik van een gezin | 17.000 |
Grote verbruiker | 34.890 |
Er bestaan veel verschillende manieren om te besparen op energie en om uw energieverbruik terug te dringen. Dat gaat van heel kleine ingrepen en kleine veranderingen in uw dagelijkse gewoonten (de verwarming één graadje lager draaien en een warme trui aantrekken, uw televisietoestel helemaal uitschakelen,…) tot het vervangen van enkel glas of het plaatsen van zonnepanelen of een warmtepomp .
Met de energiewinstcalculator die het Vlaams Energie- en Klimaatagentschap ( VEKA ) ontwikkelde, kan u precies nagaan welke besparing elke maatregel oplevert. De website van het VEKA geeft ook een overzicht van de premies en subsidies waar u mogelijk recht op heeft om het kostenplaatje van energiebesparende ingrepen te drukken.
Sinds de wetswijziging van 17 augustus 2019 van Artikel 7.4.1 in het Energiedecreet is de VREG bevoegd om informatie beschikbaar te stellen over de milieugevolgen van de elektriciteitsproductie met verschillende energiebronnen, ten minste voor wat betreft CO2-emissies en radioactief afval.
De VREG koos ervoor om de emissiewaarden die jaarlijks door AIB (= Association of Issuing Bodies) berekend worden in het kader van de Belgische Residuele Mix berekening als standaard te gebruiken. AIB is een internationale organisatie die een gestandaardiseerd systeem heeft opgezet voor het toekennen van garanties van oorsprong, waar de VREG ook lid van is. Voor geleverde elektriciteit waarvan de herkomst niet gestaafd werd met garanties van oorsprong wordt de herkomst bepaald door de Residuele Mix van AIB. In deze Residuele Mix berekening geeft AIB ook weer wat de gevolgen zijn voor het milieu van het gebruik van deze niet-hernieuwbare energiebronnen.
Voor 2023 waren deze emissiewaarden het volgende:
Energiebron |
CO2-emissies (gCO2/kWh) |
Radioactief afval (mg/kWh) |
Hernieuwbare energiebronnen | 0 | 0 |
Nucleaire centrales | 0 | 2,7 |
Fossiele brandstoffen | 439,95 | 0 |
Voorbeeld:
Als uw elektriciteitscontract voor 20% uit hernieuwbare elektriciteitsbronnen, voor 30% uit fossiele brandstoffen en voor 50% uit nucleaire energie afkomstig is en uw verbruik in 2023 was 3.100 kWh, dan zag uw uitstoot er in 2023 als volgt uit:
CO2-emissie:
Radioactief afval: